Stolpersteine Borne Steentjes: De familie Zilversmit – A. ten Catestr. 21

Auteur: annette Evertzen

Familie Zilversmit

Samuel Zilversmit en Mina van Gelder

Afb. 01: Steentjes familie Zilversmit
Afb. 02: Zelma Zilversmit, door Hans Leuverink

Samuel oftewel Sam of Sem woont met zijn vrouw Mina van Gelder aan de Abraham ten Catestraat (nu nummer 21). Hij heeft achter het huis een koestal, handelt er in vee en is slager. Hij was een roemruchte handelaar en veel mensen herinneren zich hem. In 1929 wordt hun dochter Zelma geboren. In de oorlog weet de familie aanvankelijk onder te duiken en worden ze door de politie gezocht. Sam is naar Weerselo gevlucht en daar verraden, volgens de verhalen omdat hij zelf te onvoorzichtig was en geregeld buiten liep. Jaap van Gelder zag hem nog in een boerenkar voorbij komen, door de Duitsers begeleid. In 1943 wordt de familie Zilversmit vanuit Westerbork naar Sobibor vervoerd en vergast bij aankomst, Zelma is dan 13 jaar oud.

Buurtbewoners herinneren zich:

Sam Zilversmit was een specifieke veekoopman… Sem was handelaar. Als een ander ’s morgens de ogen open deed, had Sem de kost al verdiend… Isaac Spanjaard had veel antiek in huis via Sem, een gehaaid koopman… Sem kwam elke dag [in het buurtcafé]. Hij had een dochter: Zelma. Van Sem kregen we een gulden in de spaarpot voor een kerstkribbe. Die gulden was prachtig, want we leerden immers dat de Joden ons Heer hadden vermoord! We hadden een café en Sem was een huisvriend. Hij kwam altijd, totdat we geen Joden meer mochten ontvangen in onze zaak. Sem duikt onder op een overtuigend goed adres. Hij gaf ons het geld in bewaring. Dat hebben we naar Jozef-van-de-Knuif gebracht. Sem hebben we niet meer gesproken. Op 22 mei 1943 is hij opgepakt in Saasveld. Hun dochter Zelma was een heel knap kind, stapelgek waren ze met haar. Het spijt me nog dat we Zelma niet in huis genomen hebben.
Bron: Interviews Jaap Grootenboer.

Na de oorlog begint de familie De Leeuw hun vleeswarenfabriek in de koestal van de familie Zilversmit.