Boorn & Boerschop 2019-01: Opgraving op Weleveld

Auteur: Drs. Davy Kastelein e.a

Nadat door de droogte van de afgelopen zomer tijdens een dronevlucht een groot aantal potentiële archeologische sporen ontdekt werd op het terrein van landgoed Weleveld rees de vraag of er sprake was van een gebouwplattegrond. Een eerste oppervlakkige beschouwing van de configuratie sloot de mogelijkheid van een boerderijplattegrond van het type Gasselte B niet uit. Boerderijen die tot dit type behoren komen voor tussen de 11e en 14e eeuw. Kenmerkend voor dit soort boerderijen is de bootvorm waarbij de overspanning geheel wordt gedragen door de wandpalen en waarbij middenstaanders ontbreken. In veel gevallen zijn dergelijke gebouwen voorzien van extra uitkubbingen die dienstdeden als stal.

De sporen lagen iets ten zuiden van de Bornse beek ongeveer honderd meter ten westen van de huisplaats van Weleveld. Het eerste huis Weleveld moet zijn gebouwd in 1300 zodat een eventuele boerderijplattegrond die van net iets eerder dateert beschouwd mag worden als een directe voorloper. Van sommige van de grotere plattegronden van het type Gasselte B is in elk geval zeker dat deze dienst hebben gedaan als hofboerderij van regionaal belang.
Een nadere analyse van de beelden leek er op te wijzen dat een huisplattegrond niet waarschijnlijk was. De onderlinge afstand tussen de palen en palenrijen was gewoon te groot voor een huisplattegrond. Mogelijk was er sprake van een oprit naar het voormalige huis, de havezate Weleveld een coupe is gezet. Doel van het onderzoek was om de aard en indien mogelijk de datering van de sporen vast te stellen. De locatie van de sporen was aangegeven met behulp van piketten.

Afb. 01: Opname gemaakt met een drone van het veld met sporen in het landschap
Afb. 02: Detail uit de bewerkte opname. De sporen zouden een laan kunnen zijn met een dubbele rij bomen

De opgraving

Het veldwerk is uitgevoerd op 18 augustus 2018 onder tamelijk droge omstandigheden onder de bezielende leiding van Eric Kwint. De eerste coupe was gelegen in een van de palenrijen. De coupe was circa anderhalve meter breed en circa 1 meter diep. Door de uitzonderlijke droogte waren de bovenste 35 cm van het profiel geheel onleesbaar. Logischerwijs betreft het hier de bouwvoor. Daaronder was een breed, vlekkerig spoor zichtbaar dat duidelijk gegraven was. De onderkant en de resten van sterke doorworteling wijzen op een boomkuil. De vulling was zwak humeus en bestond uit zeer fijn zwaksitlig zand.
Over de datering valt niet veel meer te zeggen dan dat het spoor ergens in de 19e of vroeg 20e eeuw gedempt lijkt te zijn. Het spoor bevatte wat witbakkend industrieel aardewerk en een enkele roodbakkende scherf. Naast dit sub-recente materiaal is een randfragment van een grijsbakkende melkschaal aangetroffen. De datering van dit artefact moet gezocht worden in de 14e of 15e eeuw al is zeker in Oost–Nederland een datering tot in de 16e eeuw niet geheel uit te sluiten. Daarnaast is een vuursteenafslag aangetroffen. Van dit fragment kan helaas geen strakke datering worden gegeven. De datering moet ergens tussen het laat-paleolithicum en de vroege Bronstijd gezocht worden. De natuurlijke ondergrond bestond uit zeer fijn dekzand. Opvallend was dat ondanks de nabijheid van de Bornse beek nauwelijks sprake was van oervorming in de bodem.
Het tweede spoor lag afwijkend ten opzichte van de lijnen structuur. Deze coupe was circa 80 centimeter breed en 50 cm diep. Het lijkt een natuurlijk spoor te betreffen. De randen van het spoor waren sterk diffuus al moet ook hier de kanttekening worden geplaatst dat de bovenste 35 centimeter slecht zichtbaar waren. De locatie van de coupes zijn vastgelegd met behulp van een drone. De coupes zijn vervolgens schaalvast gefotografeerd zodat eventueel achteraf nog profielen konden worden gemaakt. Alle sporen liggen middels GPS metingen vast in het Rijksdriehoeknet.

Conclusie en toekomst
De uit de lucht waargenomen rijen sporen lijken het relict te zijn van een oprijlaan. Daarnaast is tenminste één spoor aan te wijzen als natuurlijke verstoring. Van wanneer de dubbele oprijlaan dateert is op basis van de het materiaal uit de vulling niet te zeggen. Het rooien moet ergens in de 19e of vroeg twintigste eeuw zijn gedaan. De oprijlaan is in ieder geval te zien op de door Hottinger tussen 1773 en 1794 getekende kaarten van Noord- en Oost-Nederland, zij het met slechts twee rijen van enkele bomen. Een gedeelte van de laan bestaat nog onder de naam ’t Allee, zij het zonder laanbomen en bedekt met bos.
Het ligt in de bedoeling de oprijlaan weer in oude luister te herstellen, In dat herstel moet tevens ’t Allee worden meegenomen. Met de kennis opgedaan door het veldonderzoek zal dan ook een dubbele bomenrij ter weerszijden gepoot worden conform het nu bekend geworden zigzagpatroon op precies dezelfde afstand als weleer. Maar dat alles kan alleen wanneer de economische toestand van het landgoed dat toestaat.

onderzoek wordt verricht. Links loopt de Hertmerweg, boven liggen de Bornsche beek en de huisplaats van Weleveld
Afb. 04: Mevrouw C.M. Kwint-Hänisch ten Cate bekijkt de sporen in het veld. Het gele lint geeft één bomenrij aan
Afb. 05: Detail uit de Hottingerkaart. De oprijlaan, zie de grote ingetekende rode pijl, met een enkele rij bomen

Literatuur

  • Huijts, C.S.T.J., 1992: De voorhistorische boederijbouw in Drenthe, reconstructiemodellen van 1300 voor tot 1300 na Chr., Arnhem.
  • Kastelein, D. & B. Fermin, 2017:, Achter het Gasthuis. Archeologisch onderzoek aan de Gasthuisstraat 23-29 in Doesburg, Doesburgse Archeologische Publicaties 17, Zutphen.
  • Mittendorf, E., B. Vermeulen & M. van der Wal, 2013: Op Kloostergronden. Archeologisch, bouwhistorisch en landschappelijk onderzoek naar het erf De Olthof en de naastgelegen watermolen in Epse-Noord, Rapportages Archeologie Deventer 38, Deventer.
  • Spits, J., 2003 Och ewig is so lang, Zeven eeuwen Weleveld, Zutphen
  • Waterbolk, H.T., 2009: Getimmerd verleden. Sporen van vroeg- en voorhistorische houtbouw op de zand- en kleigronden tussen Eems en IJssel, Groningen.

(–> naar PDF-versie van deze publicatie)

(–> naar inhoudsopgave 2019-01)

(–> naar Boorn & Boerschop pagina)