Auteur: Jan F. Deckwitz
Titel : Burgemeester in bezet Borne
Auteur : Chr. Kronenberg – van den Toren
ISBN : 978-94-022-2131-2
Aantal blz. : 274
Uitgever : Boekscout V, Soest
Jan van den Toren was burgemeester van Borne van 12 oktober 1943 tot 3 april 1945. Niet zomaar burgemeester, maar de eerst aanspreekbare van een “kleine gemeente” in bezet Nederland. Zijn aanstelling tot burgemeester was bijzonder, niet benoemd door de Koningin, maar door de regeringsvertegenwoordiger in Nederland. De Koningin en regering zaten zelf immers (veilig) in Londen.
Dat deze burgemeester goed functioneerde, blijkt uit reacties na zijn burgemeesterschap in 1945. De Bornse ingezetenen protesteerden bij zijn ontslag en ook directe relaties spraken vol bewondering over de wijze waarop deze burgemeester tijdens de bezetting handelde. Toch kreeg hij na de oorlog zijn ontslag, weliswaar “eervol”, maar het ontslag wekte de schijn dat deze man “fout” was geweest. Zeer teleurgesteld probeerde hij het ontslag aan te vechten.
Het besluit tot ontslag kwam voort uit onderzoek van de “Zuiveringscommissie”. Met Jan van den Toren werden honderden burgemeesters, vaak NSB’ers door de vijand aangesteld, in Nederland heengezonden. Hun gedrag was volgens het “Centraal Orgaan voor de Zuivering van Overheidspersoneel” niet in overeenstemming met de door de regering in 1937 gegeven richtlijnen. Jan van den Toren bestreed het besluit op allerlei manieren, schakelde connecties in om zich te rehabiliteren, maar kreeg geen poot aan de grond. Het ontslag was een feit.
Jan van den Toren heeft tijdens zijn actieve leven een dagboek bijgehouden en veel documenten bewaard; waaronder ook vele krantenknipsels. In zijn latere leven probeerde hij een verhaal over zijn werk als burgemeester en de zuivering te schrijven, maar is hierin blijven steken. Er waren perioden dat hij intensief hiermee bezig was, maar ook perioden dat hij alles liet liggen.
Na zijn overlijden werd zijn dochter Christien met de nalatenschap geconfronteerd. Jarenlang is zij bezig geweest de documenten te rubriceren en te ordenen, nadere informatie te verzamelen, om tenslotte het boek te schrijven over zijn leven en een reconstructie te geven van het gebeurde tijdens en kort na de bezettingstijd. Daarbij heeft zij tevens haar eigen beleving (als kind) in het boek verwerkt. Hierdoor wordt het verhaal soms emotioneel en je kunt je daarom afvragen of de objectiviteit dan niet in het geding is. Met conclusies moet je dan ook voorzichtig zijn.
Zelf ziet Christien haar boek als een eerbetoon aan haar ouders. Het boek is geen biografie geworden, hiervoor ontbreken een aantal periodes uit zijn leven, zijn afkomst, het begin van zijn carrière en zijn laatste levensjaren. Bij het lezen van het boek krijg je soms een “bijsmaak” over de opstelling en werkwijze van de zuiveringscommissie, die leidden tot het ontslag van Jan van den Toren. Christien vond dat haar vader groot onrecht is aangedaan, een onrecht waarvan de wereld moet weten, daarom schreef ze het boek.
Het is goed om nu, zoveel jaren na de oorlog, nog eens terug te lezen hoe het was in die tijd. Veel is reeds bekend en vastgelegd in rapporten en boeken. Maar dit boek brengt je dichter bij de persoonlijke beleving over een angstwekkend bestuurlijke periode waarin de bestuurder werd geconfronteerd met de bezetter en de gemeente, met problemen waarvoor oplossing moest worden gevonden. Het is dan ook goed dit nog terug te lezen. Ik zou dit boek dan ook een aanrader willen noemen.
(–> naar PDF-versie van deze publicatie)
(–> naar Inhoudsopgave 2016-02)
(–> naar Boorn & Boerschop pagina)