Auteur: Jan F. Deckwitz
Titel : Georg Willem Amelung Commies van de Convooien & Licenten te Ootmarsum 1774-1791
Auteur : Gerard A. B. Nijhuis ISBN/EAN : 978 90 820600 3 4
Uitgever : Artisan Publishing Hengelo
Aantal blz. : 688
Prijs : € 37,50
Georg Willem Amelung, een man van Duitse afkomst, was in 1760 werkzaam in Ootmarsum als zelfstandig ondernemer (als Kriegscommissar = legerfoerier). In deze functie bevoorraadde hij (samen met zijn broer Anton) het Duitse leger met graan en hooi. In 1774 werd hij door de Admiraliteit van West Frieslant en het Noorderkwartier in Ootmarsum aangesteld als “Kommies voor Convooyen en Licenten”. Hij controleerde dus de in- en uitvoer van en naar Duitsland en inde de hiervoor geldende opcenten. Hij hield kasboeken bij vanuit de verschillende functies, maar ook die van zijn privéinkomsten en uitgaven.
Meer dan 30 jaar heeft Gerard A. B. Nijhuis onderzoek gedaan naar Georg Willem Amelung; wie hij was en wat hij in Ootmarsum deed. Waarom juist deze man Gerard intrigeerde is het feit dat hij een aantal minutieus bijgehouden kasboeken terugvond waarmee niet alleen een goed tijdsbeeld wordt gegeven maar ook iets zegt over de man zelf, zijn leven in Ootmarsum en zijn tijdsgenoten. Een grondige analyse van de kasboeken, gerelateerd aan dat wat uit andere bronnen bekend is, geeft een goed beeld over het leven in Ootmarsum in de periode 1750 – 1800. Dit beeld is goed herkenbaar voor geheel Twente in die tijd en dus ook voor Borne: misschien een reden om hier kennis van te nemen van het hier gepresenteerde boek.
Het eerste deel van het boek geeft een algemeen inzicht in het dagelijks leven in de aangegeven periode. Om dit te bereiken zijn de kasboeken van Georg Willem Amelung grondig geanalyseerd op basis van een aantal rubrieken. Om er enkele te noemen: eten en drinken; zijn paarden en rijtuigen; hout en ijzerwaren; zijn onroerend goed; spijkers en verven en zo nog een aantal onderwerpen.
Omdat in de aangeven tijd met andere maten en gewichten werd gewerkt, is hieraan bij aanvang een speciaal hoofdstuk gewijd. In volgende hoofdstukken komt steeds gedetailleerder terug wat Georg Willem deed om aanvullende inkomsten te genereren en waar hij zich mee bezig hield: kaartspelen, loterijen, de jacht, maar ook welke mensen hem hielpen en ondersteunden, aankoop en herstel van roerend en onroerend goederen en ook drank en rankgebruik.
Amelung kende vele mensen en de mensen kenden hem. Hij was kind aan huis bij de drost Von Heyden Hompes op de Commanderij en had een uitstekend contact met de gravin van Almelo voor wie hij gedurende langere tijd de financiële zaken regelde. Maar niet alleen de “upper ten” onder de bevolking, ook de kleine man had zijn aandacht, al was het maar om klusjes uit te voeren. Hij kreeg het voor elkaar en ging min of meer in goede verstandhouding met hen om.
George Willem was op de eerste plaats handelaar, in het bijzonder in hout en glas. Maar dat hij tussendoor ook andere handelsklusjes tot zich nam om er geld aan te verdienen, daar was hij ook niet vies van.
Nijhuis heeft minutieus de kasboeken bestudeerd en geïnterpreteerd, een geweldig werk waarbij je glimlacht als je de kleine zaken leest, zelfs het secreet en po komen aan de orde en ook de brandewijn voor een ziek paard. Dit alles geeft een goed inzicht in het leven in het kleine grensstadje Ootmarsum.
De handelswegen vanuit Ootmarsum leidden het land in en zo was Amelung goed bekend in de regio. Ook vee werd in– en doorgevoerd. In Ootmarsum gaf dit de nodige problemen: door het oponthoud viel de nodige mest in de dorpsstraten, dat soms werd opgeruimd, maar veelal ook bleef liggen. Een belangrijke handelsweg voor het vee liep via Weerselo, Borne naar Delden en zo verder via Holten naar Holland.
Tot slot zijn in een aantal bijlagen een aantal getranscribeerde bladzijden van de kasboeken gegeven.
Het tweede deel van het boek geeft allereerst een tijdsbeeld. De tegenstelling tussen patriotten en orangisten, het bestuur van stad en land en de relatie met de admiraliteit, de VOC. Vanuit het min of meer geïsoleerde Twente wordt een blik gegund in de grote wereld van het land, de republiek.
Ook de achtergrond van Georg Willem Amelung en zijn familie wordt duidelijk gemaakt. Hoe hij als buitenstaander in Ootmarsum terecht komt en zich hier inleefde in het reguliere bestaan. Maar ook hoe hij zijn contacten kreeg met de “upper ten” in die tijd. Hij werd kind aan huis bij de drost in de commanderij en de freule in Almelo. Een bijzondere man moet Amelung zijn geweest en dat blijkt ook uit de details die Nijhuis genuanceerd beschrijft. Dat Amelung ook “vijanden” had, blijkt. En ook hier weer een genuanceerd beeld van het reilen en zeilen in Ootmarsum met een spiegel gericht op geheel Twente. Controle op de werkzaamheden van Georg Willem was er nauwelijks, wat ook blijkt uit de kasboeken. Zo manipuleerde hij veel zaken en vaak “vergat” hij zijn zaken te administreren en stak het geld in eigen zak. Al die zaken komen gedetailleerd aan de orde. Ook het uiterlijk vertoon was iets waar hij niet vies van was. Hij had zijn rijtuigen en paarden en de mensen die voor een grijpstuiver voor hem klusten. Al die mensen van hoog tot laag komen in het boek aan bod. Sommige van deze mensen komen expliciet naar voren, de van Bevervoordes, de drost Sigismud Heiden Hompesch, Johan George Dröghoorn, die correspondentie voerde met zijn zoon en die een dagboek bijhield, waarin zaken met betrekking tot Georg Willem aan de orde komen. George Willem komt er niet goed vanaf. Tot slot komt de Patriottentijd ter sprake: Georg Willem, die orangist was, zet zich in woord en gebaar af tegen de patriotten.
Het derde deel van het boek gaat wat minder over Georg Willem, maar geeft een tijdsbeeld over de gang van zaken in de Republiek in de laatste helft van de 18de eeuw, gerelateerd aan voorgaande jaren. Hierbij gaat het over de VOC, vervoer over de weg en over water en de handel in goederen e.d., maar ook de smokkel van goederen en dieren en wat hier tegenover stond bij ontdekking. De portemonnee van George Willem werd goed gevuld. In deze context worden financiële zaken nader toegelicht, waarbij de manipulatie van de administratie ook ter sprake komt.
Elk deel van het boek wordt uitgebreid aangevuld met bijlagen waarmee zaken worden toegelicht. Kortom, het is een zeer volledig boek waarmee een goed inzicht wordt gegeven in het leven van mensen in de tweede helft van de 18e eeuw en dat van George Willem Amelung in Ootmarsum het bijzonder. Door de veelheid aan onderwerpen in het boek en de gedetailleerde toelichting hierop gaat het overzicht een beetje verloren. Het is dan ook geen boek dat je in een keer uitleest, maar zeker een prima naslagwerk voor een veelheid aan onderwerpen.
Ook een compliment voor de uitgever is zeker op zijn plaats: het boek ziet er goed en verzorgd uit met hardcover kaft.
(–> naar PDF-versie van deze publicatie)
(–> naar Inhoudsopgave 2014-01)
(–> naar Boorn & Boerschop pagina)