Boorn & Boerschop 2007-01: DE KRONIEK VAN SWEDER SCHELE VAN WELEVELD

Auteur: E.T.J.T. Kwint

Inleiding

Tussen Zenderen en Hertme in de gemeente Borne ligt het landgoed Weleveld, waarvan de oorsprong teruggaat tot in de 13de-eeuw. De oudste vermelding van de naam Weleveld dateert uit 1244. Het eerste huis werd gebouwd in 1300. Daarmede is het een van de oudste havezates van Twente. De havezate groeide uit tot een belangrijke bezitting en vele Van Welevelds bekleedden hoge posten. Johan III was de laatste Van Weleveld. Zijn erfdochter Anna huwde in 1521 Sweder Schele, van de Schelenburg bij Osnabrück, waarna de familie zich Schele Van Weleveld ging noemen. Hun zoon Christoffel (1529-1608), die tijdens zijn studie in Duitsland met de Lutherse godsdienst in aanraking was gekomen, bracht deze “nieuwe religie” naar Twente.

Afb. 01: Het huis Weleveld 1737

De schrijver

Christoffels zoon, Sweder II (1569-1639), is een van de prominentste eigenaren van Weleveld. Omdat hij ook eigenaar werd van het onder Ochtrup gelegen huis Welbergen, waar hij is overleden, noemde hij zich Schele van Weleveld en Welbergen. Gedurende 40 jaar, namelijk van 1591-1623 en vervolgens van 1629-1637, hield hij een dagboek bij, dat in totaal 1822 in een kriebelig handschrift geschreven pagina’s omvat. Het dagboek beschrijft allerlei zaken en voorvallen in Oost-Nederland, Münsterland en Niedersachsen en heeft daardoor een grensoverschrijdend karakter. Met bezittingen aan beide zijden van de Nederlands-Duitse grens en door zijn brede belangstelling was Sweder II een Euregioër avant la lettre.

Afb. 02:

Afb. 02:

De geschiedenis van de kroniek

De delen I en II van de Kroniek van respectievelijk 676 en 256 pagina’s werden op de Schelenburg bewaard en berusten nu in het staatsarchief in Osnabrück. Het derde deel van 890 pagina’s bleef op Weleveld tot 1715, het jaar waarin Weleveld publiekelijk werd verkocht. Volgens de koopvoorwaarden mocht de koper terstond de goederen in gebruik nemen en zo liet Adolf, graaf van Rechteren, de archieven op Weleveld naar Huis Almelo overbrengen. Daarnaast verplaatste hij een bouwhuis (zie kader), waarvan een beschrijving bestaat in een van de stukken van het huisarchief, dat begin jaren ’80 werd geïnventariseerd en nu in HCO(1) in Zwolle ligt.
Waarom deze zijsprong? De heer Van Rechteren dacht dat hij koper was en handelde in 1715 als dusdanig. Maar er was een eis van leenrecht gesteld aan de verkoop en daar werd niet aan voldaan, waardoor de koop ongeldig bleek. Er volgde een lange periode van juridische strijd, die eerst in 1725, dus tien jaar later, formeel werd afgesloten en waarbij Lambert Joost van Hambroick als koper tevoorschijn kwam. Omdat zijn moeder een Van Weleveld was, blijft Weleveld in zekere zin nog tot 1819 in de familie. Over de waarde van het afgevoerde bouwhuis is volgens archiefstuk -HA Almelo 2286- destijds onderhandeld, maar de archieven bleven in Almelo, waar de Kroniek in vergetelheid raakte. Wellicht een zegen in vermomming, want het lag er veilig en onaangeroerd tot de inventarisatie van het meer dan 80 strekkende meters omvattende huisarchief.

Afb. 03:

Noot

(1) HCO = Historisch Centrum Overijssel.

Leesbaar maken van de kroniek

Ondanks een transcriptie van het echtpaar De Bakker eind vorige eeuw is het dagboek nog steeds nauwelijks toegankelijk. Dat komt mede omdat Schele in het (oud)Nederlands, Duits, dialect en Latijn schreef en zelfs enkele stukjes in het Grieks en het Frans.
De in de Kroniek behandelde onderwerpen zijn zeer gevarieerd, zoals politiek, geologie, bezit, archeologie, godsdienst en genealogie, maar ook voorvallen uit het dagelijks leven. Wat Sweder II aan het papier toevertrouwde zijn ontboezemingen, waarnemingen en analyses van iemand die én de tweede helft van de 80-Jarige Oorlog in de Nederlanden én een groot deel van de 30-Jarige Oorlog in Duitsland meemaakte. Het boek “Gott betert desen tidt” van mr. Adri de Bakker en drs. Dick Schlüter uit 1995 geeft daar een selectie van.

Plannen voor publicatie

Bij de presentatie op 24 oktober 2003 in de Oude Kerk te Borne van de geschiedenis van Weleveld door Jet Spits “Och eeuwig is so lang”, heeft de directeur van de Stichting Weleveld, die als doel heeft de belangen van het landgoed Weleveld te behartigen, aangekondigd het initiatief te nemen om te komen tot een integrale publicatie van het dagboek. Een dergelijke uitgave moet niet alleen de tekst van Sweder’s geschriften omvatten, maar ook wetenschappelijke annotaties en toelichtingen en een vertaling naar èn het Nederlands èn het Duits. Dat laatste vanwege het belang dat het dagboek heeft voor beide landen.
Op 12 mei 2004 had hierover op Weleveld een eerste bespreking plaats. Deze bijeenkomst was het resultaat van eerdere gesprekken tussen de heer J. Seekles van het HCO te Zwolle en de directeur van de Stichting Weleveld, mr. E.T.J.T. Kwint. Aanwezig was ook dr. Gunnar Teske van het Westfälisches Staatsarchiv. Er werd een traject opgesteld dat, zij het op een termijn van wellicht tien of meer jaar, kan voeren tot een integrale, leesbare, becommentarieerde en, waar nodig, vertaalde publicatie van het dagboek van Sweder II. Omdat de Kroniek bijna alles wat denkbaar is behandelt, was men het erover eens dat een multidisciplinaire benadering noodzakelijk is. Het traject omvat vier fases.

Het stappenplan

Fase I Digitaliseren: Vanwege de omvang en om te komen tot een brede toegang tot de Kroniek is digitalisering van de originele tekst en daarna plaatsing op een internetsite de beste oplossing. Tegelijkertijd moet de tekst van mr.A. de Bakker op dezelfde site geplaatst worden. Deze moet daarvoor weer geheel worden overgetikt omdat in een ingescande versie niet gewerkt kan worden. Bovendien zijn er nog pagina’s die niet in machineschrift zijn overgezet, veelal zijn die in het Latijn. Deze moeten nog getranscribeerd worden.

Fase II Collationeren: Daarna komt het collationeren van de desbetreffende handschriftpagina met de bijbehorende getikte pagina, zodat er een juiste “vertaling” van handschrift naar digitale tekst beschikbaar komt.

Fase III Becommentariëren door deskundigen o.l.v. een coördinator: Een waarschijnlijk zeer lange fase, die moet leiden tot een duidelijke uitleg van het oeuvre. Zin voor zin zal moeten worden bekeken en bestudeerd. Zaken en feiten die destijds algemeen bekend warenc.q. voor eenieder vanzelfsprekend waren, maar nu niet meer, moeten worden uitgelegd zodat zij voor een XXIe-eeuwer begrijpelijk zijn.
Theorieën etc. van Sweder moeten worden getoetst en van glossen worden voorzien. Tegelijkertijd moet het werk toegankelijk worden gemaakt door een verband te leggen tussen diverse paragrafen en uiteraard via een index, jaartallenregister etc. Wellicht dat er kaartjes en andere afbeeldingen ter verduidelijking van e.e.a. nodig zijn.
Eigenlijk moet reeds tijdens fase II begonnnen worden met het aanstellen van een wetenschappelijke coördinator die fase III in goede banen gaat leiden. Deze moet niet alleen voorkomen dat meerdere personen/instituten dezelfde passages gaan onderzoeken en becommentariëren, maar er ook zorg voor dragen dat alle belangrijke passages behandeld worden. Voorts moet hij bij conflicterende opinies een bemiddelende rol spelen dan wel het verschil van inzicht duidelijk tot uitdrukking laten komen.

Fase IV Publiceren: Publicatie van het werk. Dat kan pas wanneer er voldoende fondsen zijn en wanneer de wetenschappers in algemene zin tevreden zijn over de kwaliteit van de transcriptie en het deskundige commentaar. Een zo uitgebreid geschrift als dit zal altijd om meer commentaar vragen en nieuwe inzichten opleveren, maar er moet een moment komen dat men kan zeggen: Het is goed, nu gaan we publiceren.

Voortgang

Dr. Birgit Kehne van het Niedersächsisches Staatsarchiv in Osnabrück, waar delen I en II van de Kroniek berusten, en prof. dr. Norbert Reimann van het Westfälisches Archivamt te Münster sloten zich direct na de eerste bijeenkomst bij de stuurgroep aan. Er volgden meerdere bijeenkomsten, wisselend op de goederen die een rol in het leven van Sweder Schele hadden gespeeld, namelijk Welbergen, de Schelenburg en Weleveld. Dankzij de inspanningen van de stuurgroep is de eerste fase gedeeltelijk gerealiseerd en nader uitgewerkt. De manuscripten uit Osnabrück en Zwolle en ook het transcript van de heer De Bakker zijn gedigitaliseerd en komen binnenkort op internet.
Voorts werd op 20 oktober 2006 een wetenschappelijk symposium georganiseerd op Welbergen, waar wetenschappers uit diverse disciplines uit beide landen aanwezig waren. Naast een drietal voordrachten over enige aspecten van het leven, het werk en het denken van Sweder Schele werd de tot dusverre gemaakte voortgang getoond, met name in het digitaliseringsproces, en enthousiast ontvangen.
De stuurgroep heeft op basis van de reacties en de diverse inbrengen besloten eerst nog de ontbrekende pagina’s te laten transcriberen en dat wat reeds door De Bakker is gedaan in een Word document om te laten zetten zodat het bewerkt kan worden. Dat is nodig met het oog op het collationeren, fase II. Tegelijkertijd zal gezocht worden naar fondsen en een wetenschappelijk coördinator. Eerst daarna kan aan fase III begonnen worden, waarin er vooruitlopend op de publicatie, die als slotfase wordt gezien, tussentijdse resultaten gemeld kunnen worden. Kortom er is nog een lange, maar interessante weg te gaan alvorens de Kroniek als een handzaam boekwerk in bibliotheken of huiskamers zal staan.

E.T.J.T. Kwint.

Afb. 04:

(–> naar PDF-versie van deze publicatie)

(–> naar Inhoudsopgave 2007-01)

(–> naar Boorn & Boerschop pagina)