Auteur: H.A.M. Woolderink
Nadere algemene, voor Twente belangrijke, gegevens uit de familiekroniek van Woolderink worden in deze artikelenserie behandeld. Thans wordt het introuwen van Arend in de Zeilker in Zenderen besproken.
Het is niet meer bekend wat Arend Woolderink bewogen heeft om op 30 oktober 1819 zijn ouderlijk huis te verlaten en op 46-jarige leeftijd te trouwen met Janna Luttikhuis (weduwe van Gradus Zaalker) en zich te vestigen op het erve de Zeilker of Saelkink te Zenderen. Arend was n.l. als oudste zoon en volgens eeuwenoude traditie de erfopvolger op het erve Woolderink.
Het eerste huwelijk van Janna Luttikhuis was kinderloos gebleven maar op 24 augustus 1820 werd hun enige kind, dochter Gezina Woolderink, geboren. In 1828 echter, overlijdt Janna Luttikhuis en hun dochter is dan pas 8 jaar oud.
Door zijn huwelijk met Janna wordt Arend nu eigenaar van de Zeilker te Zenderen, een volgewaard erve in de marke Zenderen en voormaals hofhorig onder de Hof te Borne. Bij opmeting door de voorloper van het kadaster in 1820, blijkt het erve 16 ha , 25 are en 27 ca groot te zijn. Bij de boerderij behoort tevens een lijftuchthuis “het Oude Zeilker”. In 1832 bij de start van het Kadaster staat De Zeilker op naam van Arend Woolderink, landbouwer te Zenderen. Na de verdeling van de woeste grond van de marke Zenderen en Bornerbroek in 1848 wordt het totale oppervlak van de bezittingen meer dan verdubbeld.
Eertijds heeft Janna Luttikhuis tevens van haar ouders ontvangen: het halve erve Luttikhuis in Deldenerbroek, waaronder ook hooiland in het Enterbroek behoort. Volgens de opmeting van het kadaster heeft dit halve erve een oppervlak van 11 ha, 54 are en 30 ca. In 1832 staat ook dit halve erve op naam van Arend Woolderink, landbouwer te Zenderen.
Op 1 november 1826 koopt Arend Woolderink van Nicolaas Hendrik ten Cate te Almelo, de katerstede “het Nappert” te Zenderen voor fl. 250. Volgens de kadastrale opmeting heeft het een grootte van 26 are en 50 ca. In 1832 staat dit op naam van Zeleker, landbouwer te Zenderen, waaruit blijkt dat de tenaamstelling in de beginperiode niet erg nauwkeurig is.
Op 28 augustus 1829 koopt Arend Woolderink, voor zichzelf en als voogd van Gezina Woolderink, de rechten van het Domein op het voormalig hofhorige erve Sallink of Zeilker in Zenderen voor de prijs van fl. 1475.
Op 16 december 1829 verklaart hij schuldig te zijn aan Gerrit Jan Coster, fabrikeur te Almelo, de som van fl. 1600 tegen een rente van 4 %. Hiervoor geeft hij in onderpand: “het bouwmanserve Sallink of Zeilker in Zenderen, bestaande in een boeren huis, de lijftucht, een schuur en schoppe” en verschillende landerijen.
Op 20 februari 1832 verkoopt Arend zijn 1/6 aandeel in het erve Woolderink, zoals verkregen door erfenis van zijn ouders en aankoop van ’s Rijks Domeinen, alsmede 1/6 aandeel in de tienden uit het erve Woolderink, voor de prijs van fl. 906,50.
Arend is 61 jaar als hij in 1834 hertrouwt met zijn 26-jarige dienstmeid Hendrina Klasen. Voordien wordt er op 26 april een boedelbeschrijving gemaakt met de rechten van de minderjarige Gezina Woolderink, waarop hierna verder wordt ingegaan. Op de dag van hun huwelijk maken Arend en zijn jonge bruid een testament op waarbij ze elkaar een deel van de erfenis nalaten waarop de wet hen de vrije beschikking geeft op hun sterfdag. Op 4 mei 1834 leent Arend een bedrag van fl. 200 van Gerrit Jan Koster te Almelo.
Op 23 februari 1843 wordt het erve Luttikhuis te Deldenerbroek publiek geveild. De totale opbrengst in Deldenerbroek bedraagt fl. 3156 en het hooiland in Enterbroek wordt aangehouden. Een jaar eerder, op 17 maart 1842, is Gezina Woolderink op 21-jarige leeftijd overleden en op 21 mei 1847 volgt Arend Woolderink. Met zijn overlijden komt er een einde aan het verblijf van de familie Woolderink op de Zeilker te Zenderen. Hendrina Klasen is algemeen erfgenaam en hertrouwt in 1848 met Hermannus Rotgerink.
H.A.M. Woolderink.
(–> naar PDF-versie van deze publicatie)
(–> naar Inhoudsopgave 2004-02)
(–> naar Boorn & Boerschop pagina)