Boorn & Boerschop 2000-02: ONZE OUDE STEPHANUSKERK NADER BEKEKEN 9

Auteur: A.A. ten Kate

De Heilige Maagschap (of de Bornse Moeder?)

Ik had u eigenlijk willen vertellen over de z.g. “Bornse Moeder”. Deze figuur, die aan twee kinderen aan het voorlezen is, vindt u links op de muur achter het doopvont. Omdat het hier echter om een onderdeel gaat van een oorspronkelijk uitgebreid familieportret, bewaar ik dit drietal graag voor een volgende keer. De complete familie zien wij ook op de afgedrukte tekening van Lucas Cranach waarop Anna en Joachim met hun kinderen en kleinkinderen. Vanuit de Bijbel kennen we Anna de profetes. Gegevens over “onze” Anna ontbreken in de Bijbel, maar worden wel in de apocriefe boeken (de niet erkende bijbelboeken) gevonden.

Afb. 01: Voorstelling van de Heilige Maagschap, gemaakt rond 1509 door Lucas Cranach, waarvan een gedeelte kennelijk als voorbeeld heeft gediend voor de muurschildering die in onze kerk is te vinden

Zoals in onze tijd veel mensen geïnteresseerd zijn in hun eigen af­ komst en stamboom, zo oefende het ontbreken van gegevens in de Bijbel over de ouders van Maria (de groot­ ouders van Christus) de weg naar aanvullende verhalen en verhelderende schilderijen en tekeningen. De geschiedenis van de geboorte en de jeugd van Maria, bijzonderheden over het huwelijk van Maria met Jozef en over de kindertijd van Jezus, kregen in de eerste eeuwen een plaats in de apocriefe evangeliën. Het Pseudo-Mattheus-evangelie (een der apocriefen) geeft het verhaal van de geboorte van Maria als volgt weer: Joachim is geboren in de stam van Juda en woont in Jeruzalem. Hij is een vroom man die zijn bezittingen al vanaf zijn vijftiende jaar in drieën deelt. Eén geeft hij aan wezen, weduwen en armen. Het tweede deel geeft hij aan hen die de eredienst verzorgen. Het derde deel is bestemd voor eigen gebruik God zegent hem daar voor. Als hij twintig jaar oud is huwt hij met Anna, de dochter van Achar (of Nathan), uit de stam van Juda en uit het geslacht van David. Zij blijven twintig jaar zonder kinderen. Tijdens het feest van de Tempelvernieuwing of Tempelwijding wil Joachim een offer brengen, maar de dienstdoende priester Ruben weigert hem op ruwe wijze omdat hij geen kinderen heeft. Beschaamd trekt Joachim zich daarop terug bij zijn herders in de bergen en begeeft zich met hen naar een ver verwijderde landstreek Vijf maanden ontvangt Anna van hem geen enkel bericht. Zij klaagt dat zij nu èn geen kinderen èn geen man heeft. Diep bedroefd gaat zij naar de boomgaard waar zij een mussennest ziet in een laurierboom. Zij heft een klaagzang aan. Dan doet Anna de belofte dat zij, mocht zij alsnog een kind baren, het zal afstaan voor de dienst van God. Direct daarop verschijnt haar een engel die haar de geboorte van een dochter aankondigt. Verbijsterd door het visioen trekt zij zich een dag en een nacht terug in haar slaapkamer. Dan roept zij haar dienstmaagd (Judith), die al die tijd niet naar haar meesteres heeft omgekeken. In een twistgesprek verwijt Judith haar meesteres dat zij onvruchtbaar is. Intussen is de engel in de gedaante van een jongeling naar Joachim gegaan. Hij vraagt waarom hij niet terugkeert naar zijn echtgenote. Joachim vertelt wat hem is overkomen. De jongeling maakt zich bekend en belooft dat Joachim en Anna een dochter zullen krijgen die in de tempel zal worden opgevoed Joachim bereidt een offer én in de rook daarvan stijgt de engel ten hemel. De herders die naar hem op zoek zijn gegaan vinden Joachim in gebed. Hij vertelt welke belofte de engel hem heeft gedaan. Toch aarzelt hij om terug te gaan. In een droom spoort de engel hem aan te vertrekken. In dertig dagen bereikt Joachim de stad. Intussen heeft de engel aan Anna gezegd naar de Gouden Poort te gaan. Zij moet daar lang wachten en valt flauw. Als zij weer bijkomt ziet zij Joachim met zijn kudde aankomen. Zij gaat hem onmiddellijk tegemoet. Samen keren zij huiswaarts en brengen een offer als dank voor de vervulling van Gods belofte. Na negen maanden wordt Maria geboren. Op driejarige leeftijd wordt zij naar de maagden van de tempel gebracht. Als zij voor de deuren wordt neergezet, beklimt zij zonder enige hulp de vijftien trappen. Vanwege dit uitzonderlijke gedrag wordt zij afgezonderd van de buitenwereld. Daarna wordt zij naar de tempel gebracht waar zij danst op de treden van het brandofferaltaar. Anna zingt daarna een loflied met als kernregel: “De onvruchtbare is moeder geworden en zij heeft gebaard vreugde en blijdschap voor Israël”. Anna en Joachim bezoeken hun dochter daarna regelmatig in de tempel.

Afb. 02: De helaas beschadigde muurschildering van de Heilige Maagschap zoals die bij ons in de kerk is te zien

Op de tekening van “De Heilige Maagschap” zien we dus de “Heilige Anna, grote Moeder” als stammoeder van drie gezinnen, Anna, Maria en Jezus, met Jozef. Links: dochter Maria Cleophas met man en kinderen. Rechts Maria Salomas, eveneens met man en kinderen. Het verhaal zou niet compleet zijn zonder te vermelden wie de drie heren zijn, die van rechts toekijken. Deze drie heren vormden in de legende het “trinubium”. Dat heeft betrekking op de drie huwelijken van Anna. Teneinde St. Anna en de gezinnen van de drie Maria’s tot de Heilige Maagschap te kunnen verzamelen werd later een verhaal toegevoegd. De legende vertelt, dat Anna na de dood van Joachim nog tweemaal trouwde; eerst met Cleophas en daarna met Salomas. Ook deze volgende huwelijken zouden gezegend worden met de geboorte van een dochter die beiden de naam “Maria” meekregen. Ter onderscheiding werd aan de naam Maria, die van de vader toegevoegd. Vandaar Maria Cleophas en Maria Salomas.

A.A. ten Kate.

Afb. 03

(–> naar PDF-versie van deze publicatie)

(–> naar Inhoudsopgave 2000-02)

(–> naar Boorn & Boerschop pagina)