Boorn & Boerschop 1995-01: RECHT VAN OVERPAD VAN MORSELT BIJ DE HOFMEIJER

Auteur: G.A.B. Nijhuis

Het Statenarchief (3.1/3650) in het Rijksarchief te Zwolle bevat een omslag, bevattende een aantal stukken over een geschil tussen de Hofmeijer van Borne en zijn buurman Morselt. Het speelt zich af in de jaren 1750-1770 en heeft, gezien andere archiefstukken, zijn oorsprong ver voor het jaar 1700.
Wat is het geval? Herman Helmich, de Hofmeijer, en Hermannes (ten) Mors(s)el(l), gehuwd met Euphemia Mensink, hebben beiden een of meer stukken land op de “Suydesch”. Dat van de Hofmeijer ligt, gezien vanaf zijn erf, vooraan en dat van Morselt helemaal achteraan.

De ongedateerde, maar naar later blijkt op 25-9-1750 geschreven, brief van de Hofmeijer aan Gedeputeerde Staten van Overijssel bevat o.m. het volgende: “en den selfen morssel komt faren ofer min gront en lant een 2 3 of 4 wege waer hy regt en best op hem lant kan komen daer noghtans een bequamen wege is ofer min gront welke ik niet kan beletten.” Hij zegt dus dat Morselt nu kriskras over zijn grond rijdt, terwij1 hij over een goede weg op grond van de Hofmeijer zijn land kan bereiken.

Afb. 01: De Meijershof zoals deze er in vroeger jaren moet hebben uitgezien, vastgelegd door Herman Liedenbaum

“Maar deze herfst heeft hij mijn boekweit aan de kant gezet en er een weg door gemaakt, zonder dat mij te zeggen of te vragen, hetgeen nooit eerder voorgekomen is. Uit de tekst is moeilijk op te maken of Morselt gewoon door de op het land en nog niet geoogste boekweit heeft gereden, of dat hij de in garven op het land staande boekweit heeft verplaatst. “Eensmedt weyt wech” (op een steenworp verder) ligt de normaal door hem te gebruiken weg.

Afb. 02 De ligging van de De Meijershof en het Erve Morselt t.o.v. de Zuid Esch die vroeger, voordat de rondweg om Borne werd aangelegd, veel groter was dan het terrein dat we nu zo noemen. De Deurningerweg vormde de scheiding tussen het Hofmeijersblok en de Zuid Esch

Nu heeft de Hofmeijer zijn ijzeren hek gesloten dat Morselt heeft willen vernielen: “…en hy met gewelt een asgen iser nemde en wielt het met gewelt los brecken ende stucken macken”. De Hofmeijer heeft het hek maar weer geopend om schade te voorkomen. Zijn verzoek aan de Gedeputeerden is nu “dat een bequam man van de heeren mag angestelt worden dezen morssel een goede weg ofer min lant tot den minste schade magh angewesen worden”.

Joan Rousse, rechtsgeleerde te Deventer, antwoordt daarna op 22.10.1750 namens Gedeputeerde Staten dat H.J. Bos, Markerichter van Borne (en nog veel meer ambten bekledend) wonende te Oldenzaal, wordt opgedragen “om het land en de weg in oogschijn te nemen, parthyen daarover te horen en wyders een weg over des Remonstrants Land aan te wysen en parthyen daarover in den minne te vergelyken”.

Voor het horen van de partijen was nog al wat administratie nodig. De rechter, H.J. Bos, stelde naar aanleiding van de hem bekende gegevens een aantal vragen op, de z.g. vraagartikelen. Getuigen a charge en decharge werden opgeroepen en moesten op deze vragen antwoord geven, waardoor de rechter daaruit een oordeel af zou kunnen leiden. Getuigen in dit soort gevallen waren vaak de naaste buren. De vraagartikelen over deze zaak heb ik helaas niet kunnen vinden (en zijn mogelijk ook niet bewaard gebleven) zodat daaruit geen conclusies getrokken kunnen worden. Jammer want deze zouden, met de antwoorden, een beeld hebben kunnen geven van de persoonlijke verhoudingen in de buurt.

Dat men in 1750 tot overeenstemming is gekomen, is twijfelachtig want 19 jaar later, n.l. schrijft Herman Helmich aan H.J. Bos een brief waarin hij refereert aan zijn brief van 25.9.1750 en meldt dat Morselt nog steeds over zijn land rijdt en vraagt hij aan Bos hem, Morselt, dat te verbieden. Deze brief is voorzien van het antwoord van Bos: “Hierover dingsdag morgen te 8 uur bij ‘t Morsel”. Op een ander stuk papier: “den 19 sept. 1769 dit verschil weer bezien en morsel gelaten in de possessie (= recht; red.), also duidelijk bleek dat hy in 1700 reeds daarin bevestigt was”.

H.J. Bos heeft een dagboek bijgehouden (Archief stadhuis Oldenzaal OK 357) waarin hij blijkbaar veel, maar niet alles noteerde. Helaas ontbreekt ook een aantal bladen, n.l. over de periode van 3.2.1739 t.e.m. 30.6.1758, zodat aantekening van een eventueel bezoek van hem in 1750, niet is te vinden. Een aantekening dat hij op 19.9.1769 in Borne zou zijn geweest staat er ook niet in, zodat hij blijkbaar alleen de in zijn ogen voornaamste zaken heeft genoteerd.

Dat de Hofmeijer niet het recht had de weg voor Morselt af te sluiten bleek uit een kopie van een akte van 28.6.1700. In deze akte, ondertekend door Herman Cost, richter te Borne, verklaart Berend Helmich Hofmeijer dat hij het hek voor de “Suyd Esch” heeft gesloten en Hermannes ten Morsel (deze is grootvader van Hermannes die in 1769 wordt genoemd) de weg naar zijn land op deze manier heeft willen afsluiten. Morselt heeft echter deze weg altijd mogen gebruiken en zal deze ook mogen blijven gebruiken, tenzij de Hofmeijer kan bewijzen dat Morselt daar geen recht toe heeft.

Een extract uit het “Protocoll der Kercken tho Borne” van 9.8.1660 (Oudheidkamer Twente, G.B. W190) meldt dat de (gere­ formeerde) kerk van Borne aan “Johan ten Morsell heeft verpanschapt (= in leen gegeven) voor 108 daeler en 10 stuyvers: dat Ene Kerckenstucke Bouwlandes op den Suyd Essche gelegen”.

Afb. 03: Het Erve Morselt, een vroeger bodegoed, zoals we het tegenwoordig nog aantreffen aan de Watertorenstraat, de vroegere Deurningerweg. Deze weg was eertijds de verbindingsweg van Borne naar Oldenzaal

Morselt krijgt hiervoor jaarlijks 12 schepel rogge (1 schepel = 0,3 hl) voor een looptijd van 24 jaar.

In 1636 is ditzelfde(?) stuk grond ook al ter sprake gekomen. De kerk heeft van Werner en Herman ten Morsell (deze laatste was gehuwd met Eelken) een som van 100 daler en 13 halve Caroliguldens (een gouden munt ter waarde van 20 stuivers) geleend. Dit geld had de kerk nodig om “des Klockengieters (Hinrich Bloett) verdiende loon” te betalen (Oudheidkamer Twente G.B. W198). Voor deze 100 dalers mogen de heren Morselt jaarlijks 4 schepel rogge nemen uit de opbrengst van een stuk land uit de Zuid Esch en eveneens 2 schepel rogge van 2 andere stukken grond op de Zuid Esch, waaruit de schoolmeester, eveneens jaarlijks, 6 schepel rogge krijgt. De Morselts zullen ongetwijfeld sedert 1660 recht van overpad hebben gehad op de Zuid Esch, hetgeen misschien niet expliciet vastgelegd was (wat toen mogelijk ook geen gewoonte was?). Het is evengoed mogelijk dat de Morselts door aankoop, na 1660, eigenaar van de stukken grond op de Zuid Esch zijn geworden en dus het recht van overpad al bezaten.

Op de rond 1770 getekende Domeinkaarten o.a. ook van Morselt, staan alle bij het erf behorende stukken grond ingetekend. De bouwlanden op de Zuid Esch (perceelnummering zoals op de kaart is aangegeven): 1. De Reefkamp 1725,8 Rijnlandse Roeden (ver­ der te noemen RR; = ± 24160 m2) 2. Het Kipstuk 269,6 RR (± 3775 m2) 3. Het Kempken 87,86 RR (± 1230 m2) 8. Weiland 495,29 RR (± 6934 m2). Tussen deze stukken en het erf van Morselt moet de Hofmeijer zijn bouwlanden gehad hebben, met als toegang een ijzeren hek (de toenmalige gewone hekken waren doorgaans van hout) waarover Morselt zijn land wilde bereiken. De Domeinkaart van de Hofmeijer, dus van de Meijershof, had ik helaas niet tot mijn beschikking, anders zou deze vergeleken kunnen worden met de kaart van Morselt, om te zien hoe de gronden t.o.v. elkaar lagen. (Red.: Een afdruk van deze kaart is te vinden in het boekje BORNE EN HAAR BEWONERS IN VROEGER JAREN, Uitg. De Bruin Oldenzaal 1982, pag. 31. Helaas is de scherpte ervan onvoldoende om een goede vergelijking mogelijk te maken).

De laatste paar jaren is in Borne gebouwd op gronden die jaren lang een agrarische bestemming hadden, terwijl er ook woonwijken verrezen op grond die toentertijd woeste grond was. Door deze bebouwing is er helaas geen mogelijkheid meer de akkers, wegen en woeste gronden van toen te herkennen.

G.A.B. Nijhuis.

Afb. 04

(–> naar PDF-versie van deze publicatie)

(–> naar Inhoudsopgave 1995-01)

(–> naar Boorn & Boerschop pagina)