Boorn & Boerschop 1993-02: TEKEN VAN HERINNERING

Auteur: J.J. Grootenboer

  1. Het is vijftig jaar geleden dat een grote groep medeburgers van Borne werd weggevoerd met als enig argument dat zij Jood waren. Ze woonden in ons midden sinds 1798 en waren voor het merendeel opgenomen in de Bornse gemeenschap. Het blijft ons moeite kosten ook maar enigszins te begrijpen waarom mensen moeten worden vervolgd. Omdat ze zijn zoals ze zijn? We weten het: Het vervolgen van Joden op de manier zoals dat ging, kende en kent z’n weerga niet. Formeel was het een ge­ volg van een regeringsbesluit en het ging op een koele, zorgvuldige en weldoordachte manier. Eerst in de grote steden. Volgens plan. Dan in de kleinere steden. Volgens plan. En tenslotte, in 1943, vanaf het platteland. Volgens plan. En zo verdween er ook vanuit ons dorp een grote groep Joden. In mei 1943. Ze moesten naar Westerbork. Met de trein, maar uit de trein stapten ze daar niet. Ze gingen direct door: Naar Sobibor en allen lieten het leven. Volgens plan.

Donald de Leeuw leerde het werk van de kunstenaar Ralph Prins kennen. Ralph Prins is een bekend kunstenaar die zich voortdu­rend bezig houdt met het recht van de mens. Het recht om te leven naar zijn eigen inzicht: godsdienstig, maatschappelijk en politiek. Hij ontwierp – nu dus voor Borne – een opgericht teken van HERINNERING en een teken van VERWIJZING. De initiatiefnemer vond anderen om zich heen om een stichting “Vijftig Jaar na Dato” op te richten. De stichting had als enig doel: Het realiseren van dit TEKEN in de gemeente Borne. En we hadden hoop dat het ons zou 1ukken. En hoe! Binnen enkele maanden was het benodigde geld bij elkaar. De Provincie gaf veel. De Gemeente geeft het nodige in natura. Maar veel kwam juist van diegenen die het met kleine bedragen moeten doen en ook deden!

Afb. 01: Het jasje waait wat op, alsof de eigenaar de tijd niet kreeg om het mee te nemen…

Het TEKEN komt er. Voorlopig aan de Parallelweg. Een muur wordt opgetrokken van ongeveer vier bij drie meter. De stenen worden om-en-om trek/kop gemetseld. De uitstekende delen worden aan één zijde volgens een bepaald patroon afgebroken als symbool van de vele onnodig afgebroken levens. Er komt een werkmansjasje aan te hangen, in brons gegoten en dragende de Jodenster. Het jasje waait wat op, alsof de eigenaar de tijd niet kreeg om het mee te nemen. En er komt een tekst onder. Een tekst uit de Tora: “Wie één ziel redt, redt de mensheid”.

Want dat is het hoofddoel van het kunstwerk: We weten hoe verdwaasden en beulen, om niet bewijsbare redenen, mensen kunnen vervolgen en doden. We weten ook dat alleen dan mensen het met elkaar uit kunnen houden, als ze bereid zijn een plaatsje op te schikken voor anderen. Anderen met een ander geloof, vierend op een andere dag dan de zondag. Of mensen met een andere huidskleur. .. Het kunstwerk (want een monument is het niet!!!) zal ons nieuwsgierig maken naar de ideeën van anderen. Er komt een bankje aan de andere zijde van de muur en dat zal uitzicht bieden over de vijver van de Spanjaardshof. En misschien zien we daar eens “oale Boornsen” zitten, met allerlei “boetenmaarksken”: Hollanders, Turken, vluchtelinge11;, Christenen, Moslims. Daar praten ze met elkaar, hebben plezier met elkaar, spelen met elkaar en hebben soms een beetje ruzie met elkaar. Aan heiligen hebben we nu ook weer geen behoefte.

29 september 1993 wordt het werk onthuld door de Commissaris van de Koningin. Daarna krijgt iedereen de gelegenheid om voor dit werk van Prins te gaan staan….

J.J. Grootenboer.

(–> naar PDF-versie van deze publicatie)

(–> naar inhoudsopgave 1993-02)

(–> naar Boorn & Boerschop pagina)